Smithsonian Agreement
Wat is de Smithsonian Agreement?De Smithsonian Agreement was een tijdelijke overeenkomst die in 1971 werd gesloten tussen de tien toonaangevende ontwikkelde landen ter wereld, namelijk België, Canada, Frankrijk, Duitsland, Italië, Japan, Nederland, Zweden, het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten. De transactie bracht aanpassingen aan in het systeem van vaste wisselkoersen die werden vastgesteld in het kader van de Bretton Woods-overeenkomst. De overeenkomst was een gecompliceerd systeem op basis van goud dat in de jaren zestig begon te ontrafelen omdat de wereldwijde goudvoorraad onvoldoende werd om aan de wereldwijde vraag naar internationale reserves te voldoen. De Smithsonian Agreement resulteerde in een gedeeltelijke devaluatie van de Amerikaanse dollar, maar het was niet voldoende om de onderliggende problemen van de Bretton Woods Agreement aan te pakken en het duurde slechts 15 maanden voordat het bredere systeem instortte.
De Smithsonian Agreement Explained
De Smithsonian Agreement werd noodzakelijk toen de toenmalige Amerikaanse president Richard Nixon stopte met het toestaan van buitenlandse centrale banken om in augustus 1971 Amerikaanse dollars in te wisselen voor goud. Een sterke sprong in de Amerikaanse inflatie in de late jaren 1960 had het bestaande systeem onstabiel gemaakt en zorgde voor een verschuiving naar vreemde valuta en goud ten koste van de Amerikaanse dollar. De stap van president Nixon veroorzaakte een crisis die leidde tot een oproep van het Internationaal Monetair Fonds voor onderhandelingen tussen de Groep van Tien (G10). Deze onderhandelingen leidden op hun beurt tot de Smithsonian Agreement in december 1971.
De overeenkomst devalueerde de Amerikaanse dollar met 8, 5% ten opzichte van goud, waardoor de prijs van een ons goud steeg van 35 USD naar 38 USD. De andere G10-landen kwamen overeen hun valuta ook te herwaarderen ten opzichte van de Amerikaanse dollar. President Nixon prees de overeenkomst als 'de belangrijkste monetaire overeenkomst in de wereldgeschiedenis'. Het nominale systeem bleef echter verslechteren. Speculanten duwden veel vreemde valuta omhoog tegen hun nu hogere waarderingslimieten, en de waarde van goud werd ook verhoogd. Toen de VS in februari 1973 unilateraal besloten om hun dollar met 10% te devalueren, waardoor de prijs van goud steeg tot 42 USD per ounce, was het teveel voor het systeem. Tegen 1973 waren de meeste grote valuta's verschoven van een vaste naar een zwevende wisselkoers ten opzichte van de Amerikaanse dollar.
De Smithsonian Agreement en het einde van de gouden standaard
Het besluit van president Nixon om "het gouden venster te sluiten" was het einde van de Amerikaanse verbintenis om een vaste prijs voor goud vast te stellen. De Amerikaanse dollar was nu een fiat-valuta. De beslissingen droegen bij aan de verschuiving van de Gouden Standaard die begon in de vroege jaren 1930 toen het Congres een gezamenlijke resolutie aannam die crediteuren belette om terugbetaling in goud te eisen. De toenmalige president Franklin D Roosevelt beval individuen om goud en goudcertificaten met een hoge coupure terug te geven aan de Federal Reserve voor een vaste prijs.
Vergelijk beleggingsrekeningen Aanbieder Naam Beschrijving Adverteerder Openbaarmaking × De aanbiedingen die in deze tabel worden weergegeven, zijn afkomstig van samenwerkingsverbanden waarvan Investopedia een vergoeding ontvangt.